Een opvallend bericht in de Italiaanse Il Sole 24 Ore: de bijna vergeten merken Autobianchi en Innocenti keren mogelijk terug! Maar niet zoals je zou verwachten.
De Italiaanse regering zou door middel van een decreet deze slapende automerken van Stellantis willen overnemen om ze vervolgens aan te bieden aan Chinese bedrijven. Die moeten dan wel hun autofabrieken ergens in Italië gaan neerzetten. Het mes snijdt aan twee kanten: Chinese automerken kunnen op die manier de dreigende importheffingen van de EU omzeilen en Italië is weer twee roemruchte automerken rijker.
Wat zijn Autobianchi en Innocenti?
Hoewel, roemrucht? Niet iedereen zal Innocenti en Autobianchi nog kennen. Innocenti begon in 1960 met het bouwen van auto's. Het mocht in licentie de Austin A40 Farina uitbrengen. Er kwam ook een Innocenti op basis van de Mini. In 1990 nam Fiat Innocenti over, maar sinds 1997 wordt deze naam niet meer gebruikt.
Autobianchi produceerde van 1955 tot 1997 stadsauto's, zoals de Primula, A111, A112 en Y10.
Chinese Autobianchi
Dat Autobianchi en Innocenti weer in de belangstelling staan, heeft te maken met koers van de huidige, nationalistische regering van Italië. Eind 2023 werd een wet aangenomen. Daardoor mag de regering (kort door de bocht) doen wat-ie wil met een merknaam die vijf jaar niet meer wordt gebruikt.
Het hogere doel is meer banen creëren in de Italiaanse autosector. De meeste fabrieken van Stellantis staan niet in Italië en dat is premier Meloni en haar kompanen een doorn in het oog. Het leidde al tot pesterijtjes. Zo moesten de Italiaanse vlaggen op de carrosserie van de in Polen gebouwde Fiat 600 worden verwijderd. Die mogen pas weer terug als de auto echt in Italië wordt gebouwd.
Overigens bevestigen noch het Italiaanse ministerie van Verkeer, noch Stellantis het Autobianchi- en Innocenti-decreet.