Het zal je niet ontgaan zijn, Chinese automerken overspoelen de markt met hun elektrische modellen. Aiways, BYD, Lotus, JAC, Lynk & Co, MG, Polestar, Seres, Xpeng, Zeekr: de lijst blijft groeien. Ook de Europese Commissie kreeg er lucht van.
Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, sprak duidelijke taal in haar jaarlijkse 'state of the union'. “De prijs wordt kunstmatig laag gehouden door enorme staatssubsidies. Dit verstoort onze markt”, zei Von der Leyen. Ze noemde de Chinese praktijken "onaanvaardbaar".
Elektrische auto's onder de kostprijs
Von der Leyen kondigde aan dat de EU een onderzoek gaat beginnen naar de voordeeltjes die de Chinese merken van overheidswege krijgen. Anders dan in Europa, zijn de banden tussen de automerken en de staat innig in China. Driftig strooien de machthebbers in Beijing met subsidies om de prijs van een Chinese elektrische auto zo laag mogelijk te houden; zelfs tot onder de kostprijs.
Niet per se goed nieuws voor BMW en Volkswagen
“Europa staat open voor concurrentie. Niet voor een race to the bottom”, zei Von der Leyen tegen het Europees Parlement. Dit lijkt goed nieuws voor Europese fabrikanten, maar dat is het niet per se. Het onderzoek kan leiden tot Chinees wantrouwen en uiteindelijk zelfs tot een handelsoorlog. En dat is niet in het belang van de Europese economie. Met name voor de Duitse auto-industrie is de omzet in China cruciaal om zwarte cijfers te schrijven. Een handelsoorlog zou slecht zijn voor merken als BMW, Mercedes en Volkswagen.
Dat de EU zo'n oorlog riskeert, geeft aan hoe serieus Von der Leyen de oneerlijke concurrentie neemt. De cijfers bevestigen haar zorgen. Het aandeel van de Chinese auto's in de nieuwverkopen is op dit moment 8 procent. Dat was vorig jaar nog 6 procent en in 2021 4 procent. In twee jaar tijd is het aandeel dus al verdubbeld.
In China zelf woedt een hevige prijzenoorlog, vanwege een flink afnemende consumentenvraag naar nieuwe auto's.