Achteruitrijcamera auto
Een achteruitrijcamera voor je auto is geen luxe, maar een handig hulpmiddel dat in veel situaties van pas komt. Vooral bij het inparkeren biedt het net dat extra beetje overzicht dat spiegels simpelweg niet kunnen geven. Lage paaltjes, kleine kinderen of zelfs een enthousiaste hond die nét achter je auto schiet – je ziet ze met een camera eerder dan met spiegels. Bovendien is achteruitrijden in het donker een stuk prettiger met een camera. De meeste systemen hebben een groothoeklens en sommige werken zelfs met nachtzicht, waardoor je ook bij weinig licht goed zicht hebt op wat er achter je auto gebeurt.
Voor wie vaak een aanhanger of caravan gebruikt, is een achteruitrijcamera helemaal een uitkomst. Je kunt precies zien hoe de koppeling aansluit en hoe je het geheel moet manoeuvreren. Maar voordat je enthousiast een boormachine pakt en een camera achterop je auto plakt, is het slim om te kijken of het überhaupt mogelijk is om een achteruitrijcamera in te bouwen.
Is elke auto geschikt voor een achteruitrijcamera?
In principe wel, maar het is niet altijd even makkelijk. Oudere auto’s zijn vaak het eenvoudigst aan te passen, omdat ze geen complexe software hebben die roet in het eten gooit. Je kunt simpelweg een aftermarket-camera aansluiten op een los scherm of een achteruitkijkspiegel met ingebouwd display. Bij nieuwere auto’s is het een ander verhaal. Veel moderne modellen hebben een infotainmentsysteem dat al voorbereid is op een achteruitrijcamera, maar dat betekent niet automatisch dat je er zomaar een kunt aansluiten.
Vaak moet de software worden vrijgeschakeld door de dealer en sommige systemen accepteren alleen originele accessoires van de fabrikant. Dat betekent dat je gebonden bent aan een dure fabrieksoplossing of je moet het hele infotainmentsysteem vervangen door een aftermarket-optie die wél een camera ondersteunt.
Kortom, bij een wat oudere auto is de kans groot dat je zelf een achteruitrijcamera kunt inbouwen zonder al te veel gedoe. Maar bij nieuwere modellen hangt het af van de technische beperkingen en softwarebeperkingen van het bestaande systeem.
Hoe bouw je een achteruitrijcamera in?
Als je hebt besloten dat je een achteruitrijcamera wilt monteren, zijn er verschillende manieren om dit aan te pakken. Bij een oudere auto met een eenvoudig dashboard zonder groot scherm is een los camerasysteem vaak de beste oplossing. Je monteert de camera bij de kentekenplaat of in de achterklep en verbindt deze met een klein schermpje op het dashboard. Sommige systemen werken draadloos via een signaal dat het beeld direct naar het scherm stuurt, terwijl andere een fysieke kabelverbinding vereisen.
Wil je liever een nette oplossing waarbij het camerabeeld in je bestaande infotainmentscherm wordt weergegeven? Dan heb je een systeem nodig dat compatibel is met jouw auto. Soms kan dit eenvoudig met een interface-module die je aansluit op de bestaande bedrading. In andere gevallen moet het hele systeem worden vervangen door een aftermarket-infotainmentsysteem met ingebouwde ondersteuning voor een achteruitrijcamera.
Het installeren zelf is meestal niet ingewikkeld, maar vergt wel wat geduld. Je moet kabels trekken van de camera naar het dashboard, de voeding aansluiten en ervoor zorgen dat de camera inschakelt zodra je de auto in de achteruitversnelling zet. Bij draadloze systemen bespaar je jezelf het kabeltrekken, maar houd er rekening mee dat de verbinding niet altijd 100% storingsvrij is. Voor wie minder technisch onderlegd is, kan een professionele inbouw bij een garage een betere optie zijn. Dit kost natuurlijk meer, maar dan weet je zeker dat alles correct is aangesloten en werkt zoals het hoort.
Alternatieven voor een achteruitrijcamera
Niet iedereen heeft zin of budget om een camera in te bouwen, en gelukkig zijn er ook andere hulpmiddelen die achteruitrijden veiliger en makkelijker maken. Parkeersensoren zijn bijvoorbeeld een populaire keuze. Ze geven een geluidssignaal af wanneer je een obstakel nadert, waardoor je beter kunt inschatten hoe dicht je ergens op af rijdt. Het nadeel is dat ze alleen waarschuwen voor objecten die binnen hun bereik vallen, terwijl een camera je een compleet beeld geeft van wat er achter de auto gebeurt.
Een andere optie is een digitale achteruitkijkspiegel. Dit is een spiegel met een ingebouwd scherm dat een live camerabeeld toont. Dit biedt een veel breder zichtveld dan een traditionele spiegel, maar het vereist wel enige gewenning om er comfortabel mee te rijden. Voor wie graag een combinatie van beide wil, zijn er dashcams met achteruitrijfunctie. Deze camera’s filmen continu en schakelen over op een achteruitrijbeeld zodra je in de achteruitversnelling gaat. Dit is vooral handig als je al een dashcam hebt en niet nog een extra apparaat in je auto wilt monteren.
Een achteruitrijcamera, de moeite waard?
Als je vaak in krappe parkeersituaties komt, regelmatig een aanhanger gebruikt of gewoon extra veiligheid wilt bij het achteruitrijden, dan is een achteruitrijcamera zeker een slimme toevoeging. Bij oudere auto’s is het relatief eenvoudig om een aftermarket-systeem te installeren, terwijl bij moderne auto’s de software en het infotainmentsysteem bepalend zijn voor de mogelijkheden. Zelf inbouwen kan een leuke uitdaging zijn als je handig bent, maar voor wie geen zin heeft in kabels trekken en instellingen aanpassen, is een professionele inbouw bij een garage een goed alternatief. En mocht een achteruitrijcamera toch te veel gedoe zijn, dan zijn er altijd nog parkeersensoren, bredere spiegels en dashcams die je kunnen helpen om veilig achteruit te rijden. Maar één ding is zeker: met een camera achterop bespaar je jezelf op termijn mogelijk een paar bezoekjes aan de schadehersteller. Een achteruitrijcamera is een mooi stukje autotechnologie.