Het belang van bandenprofiel
Het bandenprofiel is erg belangrijk. Het zorgt er namelijk voor dat vocht en vuil worden afgevoerd, zodat de banden contact blijven houden met het wegdek. Ofwel: je behoudt de grip tijdens het rijden. Het bandenprofiel bestaat uit een aantal diepe hoofdgroeven die volledig rond de band lopen en heel veel kleinere dwarsgroeven die daar haaks, of in ieder geval onder een hoek op staan.
Hoe het exacte profiel eruitziet verschilt per band. Dat heeft met verschillende dingen te maken. Het belangrijkste is waarvoor de band is bedoeld. Een zomerband heeft een minder diep profiel dan een winterband. Dat komt omdat een winterband vaker wordt gebruikt op nat en vuil wegdek en dus moet het profiel meer vocht en vuil kunnen afvoeren. In de zomer komt dat minder vaak voor, dus is een minder diep profiel voldoende. Daarnaast hebben verschillende bandenfabrikanten ook gewoon verschillende ideeën over hoe het optimale profiel eruitziet.
Hoe zit dat dan met racebanden? Die hebben helemaal geen profiel, maar toch hebben raceauto’s heel veel grip. Dat klopt. De racebanden zonder profiel, slicks genoemd, zijn uitsluitend voor gebruik op droog asfalt. Doordat er geen profiel op de band zit, heeft meer rubber contact met de weg en dus is er veel grip. Echter de rubbersamenstelling helpt ook mee. Racebanden zijn vaak van een rubbersoort die bij warmte een beetje plakkerig wordt. Dat zorgt ook voor meer grip. Een gewone autoband is van harder rubber. Als daar het profiel volledig van is weggesleten, heb je dus juist minder grip. Bij regen rijden ook raceauto’s met banden met profiel.
Hoe diep moet het bandenprofiel zijn?
Voor de wet moet het profiel van autobanden minimaal 1,6 mm zijn. Dat geldt voor de hoofdgroeven, de kleinere groeven mogen minder diep zijn. Hoewel winterbanden van zichzelf een dieper profiel hebben dan zomerbanden, geldt voor beide soorten dezelfde wettelijke limiet. Met het oog op de veiligheid is de wettelijke norm wel een absoluut minimum. Een dieper profiel is altijd beter. Verschillende organisaties, waaronder de ANWB, raden dan ook aan om je banden te vervangen als de profieldiepte onder de 2 mm komt. Ter vergelijk: een gloednieuwe band heeft doorgaans een profieldiepte van 7 tot 9,5 mm. Als er nog 2 mm over is, is het profiel van je banden dus echt al voor een flink deel weggesleten.
Zelf bandenprofiel meten
Zowel voor de veiligheid als voor de wet is het dus belangrijk om genoeg profiel op de banden te hebben. Gelukkig kan je heel eenvoudig zelf meten of jouw auto nog genoeg profiel op de banden heeft. We zetten de verschillende manieren eens op een rij.
Profieldieptemeter
Het handigst is een profieldieptemeter. Dat is een klein gereedschapje, vaak van plastic, dat bij iedere autospeciaalzaak of vergelijkbare winkel te koop is. De profieldiepte meet je op het loopvlak van de band. Dat is het deel van de band dat contact maakt met het wegdek. Tip: de voorwielen van de auto kan je naar buiten draaien, zodat je extra goed bij het profiel kunt. De werking van de profieldieptemeter spreekt redelijk voor zich. Je zet hem met de platte kant (of de kant waar het uitschuifbare puntje zit) op de band en schuift het puntje uit. De wijzer geeft nu de profieldiepte aan op de meetlat van de profieldieptemeter.
Meet op verschillende plekken van de band. Zowel op verschillende plekken van de breedte als de omtrek van de band. Dan weet je zeker dat de band overal voldoende profiel heeft. Merk je grote afwijkingen en weet je zeker dat je goed gemeten hebt? Dan zijn de banden verkeerd afgesleten. Dat kan verschillende oorzaken hebben. Is de diepte op één plek over de hele breedte minder? Dan heb je misschien een keer met geblokkeerde wielen geremd. Wijkt de profieldiepte af tussen de linker en rechter kant van dezelfde band, dan staat het wiel niet helemaal recht onder de auto. Raadpleeg bij twijfel je garage.
Slijtagemarkering
Geen profieldieptemeter bij de hand? Bijna alle autobanden hebben een slijtagemarkering. Daaraan kan je met het blote oog zien of een band nog voldoende profiel heeft. Kijk eens in de diepe hoofdgroeven van het banden profiel. Zie je daar een soort blokjes in zitten? Als die blokjes diep in het profiel zitten, hebben je banden nog voldoende profiel. Als de blokjes op gelijke hoogte zitten als het oppervlakte van het profiel, dan is vervangen van de banden nodig.
Andere manieren
Eventueel kan je de profieldiepte ook meten met een euromunt. Zet het munstuk op zijn kant in een hoofdgroef van de band. Is de gouden rand nog zichtbaar? Dan heb je minder dan 3 mm profiel over. Dat is nog ruim binnen de wettelijke norm, maar het moment van vervanging nadert. Dit is dus wel een minder nauwkeurige meetmethode. Het is beter om een van bovenstaande methoden te gebruiken. Bij twijfel raadpleeg je de garage.
Banden vervangen
Heb je geconstateerd dat het tijd is om je banden te vervangen? Dan is het tijd om een nieuwe set banden uit te kiezen. Bepaal daarvoor goed welke banden je nodig hebt. Zijn het bijvoorbeeld je winterbanden of je zomerbanden die zijn versleten? Of besluit je om over te stappen naar vierseizoenenbanden? Als je die basiskeuze hebt gemaakt, ben je er nog niet.
Bij banden zijn ook nog allerlei keuzes. Bepaal eerst de juiste bandenmaat. Welke bandenmaat jouw auto nodig heeft, staat in de handleiding. Ook staat op je oude, versleten banden welke maat die hebben. Denk eraan dat de bandenmaat niet alleen om de omtrek gaat. Ook de omtrek van de velg en de breedte van de band speelt een rol.
Je kunt niet zomaar een andere bandenmaat onder je auto monteren. Zaken zoals de kilometerteller en snelheidsmeter zijn afgestemd op een bepaalde wielomtrek. Verandert die omdat je grotere of kleinere banden hebt gemonteerd? Dan zal de kilometerteller te langzaam of te snel gaan draaien en geeft de snelheidsmeter de verkeerde snelheid aan. Wil je echt graag een andere bandenmaat, laat de garage dan ook je tellers opnieuw kalibreren.
Heb je eenmaal de juiste bandenmaat bepaald? Kies dan voor een bepaald merk. Denk eraan dat je met het oog op de veiligheid beter niet kunt bezuinigen op je bandenkeuze. Vaak zijn banden van een gerenommeerd merk echt een veel betere keuze, ook al kosten ze wat meer.
Vergeet de reserveband niet
Algemene tip: vergeet de reserveband niet! De reserveband, indien aanwezig, zit vaak verstopt onder de auto of onderin de bagageruimte. Daardoor wordt hij nog wel eens vergeten. Maar ook je reserveband moet voldoende profiel hebben, anders heb je er bij een lekke band nog steeds niets aan. Controleer ook gelijk op eventuele droogtescheurtjes, ook dat is een vorm van bandenslijtage.
Balanceren en uitlijnen
Heb je zelf je autobanden vervangen? Laat de wielen dan voor alle zekerheid nog wel even bij een garage balanceren en uitlijnen. Doe je dat niet, dan kunnen op hogere snelheid trillingen of zelfs een onbalans in de auto ontstaan. Oncomfortabel, maar soms zelfs ook gevaarlijk! Als je je banden door een garage laat vervangen, is het balanceren en uitlijnen hier vaak al bij inbegrepen, of stelt de garage zelf al voor om dit te doen.